Alles over aminozuren voor paarden.


Krijgt uw paard een uitgebalanceerd aanbod van essentiële en niet-essentiële aminozuren uit het voerprogramma? Je paard heeft voldoende aminozuren in zijn voeding nodig om eiwitten te maken. Eiwitten zijn complexe moleculen die nodig zijn voor bijna elke fysiologische functie, waaronder spiercontractie, neurale communicatie, metabolisme van suikers en vetten, immuunresponsen en meer. Suboptimale eiwit- of aminozuurniveaus in het dieet kunnen bij paarden een breed scala aan symptomen veroorzaken, waaronder:

  • Verlies van spiermassa
  • Slechte groei
  • Langzaam herstel van ziekte
  • Slechte prestatie
  • Ruwe vacht
  • Zwakke hoeven

Deze symptomen zijn niet exclusief voor eiwittekort en kunnen ook optreden wanneer niet aan de energiebehoefte wordt voldaan of bij tekorten aan vitaminen en mineralen. Een rantsoenanalyse compleet met een hooianalyse is de beste manier om te bepalen of uw paard voldoende aminozuren binnenkrijgt via zijn voeding.

 

Heeft je paard meer aminozuren nodig?

Jonge, groeiende dieren zijn het meest vatbaar voor aminozuurdeficiëntie omdat ze een grotere behoefte hebben aan eiwitten om hun snelle groei te ondersteunen. Eiwitbehoeften zijn ook hoger bij merries tijdens de late dracht en vroege lactatie om een optimale foetale groei en melkproductie te ondersteunen.

Paarden kunnen, zoals alle dieren, geen overtollige aminozuren opslaan om later te gebruiken. Eiwitten moeten continu door de voeding worden aangevoerd. Daarentegen is te veel eiwit voeren is echter niet alleen duur, maar kan ook onnodige belasting van de lever en de nieren veroorzaken.

Voor oudere paarden, paarden die zwaar trainen en paarden met stofwisselingsproblemen kan je de eiwitinname laten beoordelen om overvoeren te voorkomen.

Aminozuursupplementen kunnen van belang zijn voor paarden als hun voeding een bepaald aminozuur mist. Lysine, threonine en methionine zijn de meest voorkomende aminozuren in paardenvoeding. Door ervoor te zorgen dat aan deze  behoeften wordt voldaan, wordt een optimale eiwitsynthese ondersteund, en daarmee de algehele gezondheid van het paard.

 

Aminozuren in paardenvoeding

Wanneer een voedingsdeskundige het eiwitgehalte van het dieet van uw paard in evenwicht brengt, zal er goed op gelet worden of het voldoet aan de individuele aminozuurvereisten.

Paarden nemen geen intacte eiwitten op uit de voeding. In plaats daarvan worden de eiwitten in voedergewassen, grassen en granen afgebroken door enzymen in de dunne darm. De afzonderlijke aminozuren of kleine peptiden (korte ketens van 2-3 aminozuren) worden vervolgens in het bloed opgenomen. Deze worden door alle cellen van het lichaam gebruikt om de eiwitten te maken die je paard nodig heeft. De samenstelling, volgorde en structuur van de aminozuurketens verschilt per eiwit. Daardoor is elk eiwit uniek. Om de verschillende eiwitten die het lichaam nodig heeft te kunnen aanmaken is elk aminozuur in de juiste verhouding en hoeveelheid nodig. Wanneer er te weinig van een bepaald aminozuur aanwezig is om een bepaald eiwit te kunnen vormen, spreekt men van het beperkende aminozuur. Te weinig van het beperkende aminozuur betekent dus dat het betreffende eiwit niet kan worden aangemaakt. Lysine, threonine en methionine zijn de 3 meest beperkende aminozuren. 

Dit concept wordt vaak geïllustreerd door de vergelijking met een ton met duigen van verschillende hoogtes. Het vat kan slechts zoveel water bevatten als de onderste staaf kan bevatten. Evenzo zal een paard slechts zoveel eiwit aanmaken als het eersterangs beperkende aminozuur kan ondersteunen.

 

 

 

Aminozuurvereisten

Voorwaardelijk essentiële en niet-essentiële aminozuren zijn niet zozeer een zorg voor de formulering van het dieet als essentiële aminozuren, omdat ze in het lichaam kunnen worden gemaakt. Onder bepaalde omstandigheden kan het echter de moeite waard zijn om toch even stil te staan bij hun rol in de paardenfysiologie. Paarden in de groei of die intensief sporten en regelmatig worden blootgesteld aan stressoren zoals transport en wedstrijden, kunnen baat hebben bij suppletie met aminozuren.

 

Van de 10 essentiële aminozuren is alleen de lysinebehoefte zorgvuldig bepaald door middel van wetenschappelijke experimenten bij paarden. Volwassen paarden op onderhoud met een lichaamsgewicht van ongeveer 600 kg hebben minimaal 18 gram lysine per dag nodig om een tekort te voorkomen. Het aanbevolen niveau om optimale eiwitsynthesesnelheden te ondersteunen, is echter 27 gram lysine per dag.

Omdat de skeletspieren de grootste eiwitreserves in het lichaam bevatten, evalueerden onderzoekers het aminozuurgehalte van spieren bij paarden en gebruikten dit als leidraad om de optimale voedingsniveaus van de essentiële aminozuren te bepalen, vergeleken met de bekende behoefte aan lysine.
Helemaal onderaan dit artikel kan je meer lezen over de verschillende eiwitbronnen die je kan voeren. 

  

 

Soorten aminozuren; individueel besproken

Er zijn 21 aminozuren die worden gebruikt om eiwitten te maken bij paarden. Deze hebben allemaal een vergelijkbare chemische structuur, maar verschillen in de rangschikking van atomen in een deel van het molecuul dat de aminozuurzijketen wordt genoemd.

Aminozuren kunnen grofweg worden onderverdeeld in drie categorieën:

Essentieel: 10 aminozuren die in de voeding moeten zitten omdat ze niet (endogeen) in het lichaam kunnen worden aangemaakt.

Niet-essentieel: Aminozuren die kunnen worden gemaakt van aminozuren of andere verbindingen in het lichaam en die niet via de voeding hoeven worden aangeleverd.

Voorwaardelijk essentieel: Aminozuren die nodig kunnen zijn in de voeding omdat hun aanbod onder bepaalde omstandigheden, zoals snelle groei of ziekte, de vraag niet kan bijhouden.

 

Hieronder zullen we de rollen, bronnen, symptomen van een tekort en teveel, en vereisten voor elk aminozuur bekijken. We evalueren ook het aminozuurprofiel van verschillende eiwitbronnen.

 

Essentiële aminozuren

Alle essentiële aminozuren zijn nodig om eiwitten te maken. Sommige eiwitten hebben meer van een specifiek aminozuur nodig, zodat het eiwit zich in de juiste vorm kan vouwen om zijn functie uit te voeren. Aminozuren kunnen ook worden omgezet in andere moleculen die specifieke rollen in het lichaam hebben.

De 10 aminozuren die door het dieet van het paard moeten worden geleverd, zijn:

  • Lysine
  • Threonine
  • Methionine
  • Tryptofaan
  • Leucine
  • Isoleucine
  • Valine
  • Histidine
  • Fenylalanine
  • Arginine

LYSINE

Lysine wordt doorgaans beschouwd als het eerste beperkende aminozuur in paardenvoeding. Het is het aminozuur dat het vaakst een tekort heeft dat de eiwitsynthese bij het paard beperkt.

Functie: 

- Wordt omgezet in carnitine, een vitamine-achtige verbinding die belangrijke enzymen ondersteunt die betrokken zijn bij het afbreken van vet voor energie.

- Verhoogt het calciumgehalte in het lichaam door de calciumabsorptie te verhogen en calciumverlies in de urine te minimaliseren.

- Is betrokken bij de aanmaak van collageen en elastine, belangrijke eiwitten die in hoge concentraties voorkomen in de huid en het bindweefsel, waaronder pezen, ligamenten en kraakbeen.

- Is een cruciaal onderdeel van de spiereiwitten actine en myosine die op elkaar inwerken om spiercontractie te vergemakkelijken.

- Ondersteunt het immuunsysteem door virale en bacteriële infecties te helpen bestrijden.

Bronnen: 

Peulvruchten zoals sojabonen en sojameel bevatten veel lysine. Canola-meel kan ook zorgen voor een goed lysinegehalte. We hebben ook supplementen die L-lysine alleen of in combinatie met threonine en methionine leveren om deze beperkende aminozuren in de juiste balans te leveren.

Tekort: 

Zelfs met voldoende eiwitinname hebben paarden waarschijnlijk een laag lysinegehalte, vooral als ze weinig ruwvoer of vers gras in hun dieet hebben.

Lage niveaus van lysine in de voeding kunnen resulteren in een verscheidenheid aan symptomen die een weerspiegeling zijn van suboptimale eiwitsynthese, waaronder slechte trainingsprestaties, spierverlies, een ruwe vacht en zwakke hoefstructuur.

Overmaat: 

Lysine concurreert met het aminozuur arginine voor opname in cellen. Zeer hoge niveaus van lysine kunnen de manier waarop arginine in het lichaam wordt gebruikt verstoren en de productie van stikstofmonoxide beïnvloeden, wat de bloedsomloop beïnvloedt. Het is onwaarschijnlijk dat dit gebeurt met niveaus die voorkomen in paardenvoeders.

 

THREONINE

Threonine wordt na lysine vaak beschouwd als het op een na meest beperkende aminozuur in paardenvoeding. Lage niveaus van threonine in de voeding kunnen de darmgezondheid en de eiwitsynthese in alle cellen van het lichaam beïnvloeden.

Functie: 

- Ondersteunt de darmgezondheid en optimale opname van voedingsstoffen. Het is betrokken bij het maken van mucine-eiwitten die een beschermende slijmbarrière vormen tussen de zure omgeving van de darm en cellen van de maag en darm.

- Wordt omgezet in een ander aminozuur, glycine genaamd, dat nodig is om creatine te maken, een energierijke verbinding die van nature in spierweefsel voorkomt.

- Kan worden gebruikt om glucose te maken in een proces dat gluconeogenese in de lever wordt genoemd en kan worden afgebroken voor energie.

- Is een onderdeel van eiwitten dat vaak wordt aangepast via celsignaleringsnetwerken om de werking van het eiwit te veranderen als reactie op signalen van buiten de cel.

- Ondersteunt een gezonde lichaamsconditie door genexpressie te bemiddelen die betrokken is bij vetverbranding en vetopslag.

Bronnen: 

Threonine wordt aangetroffen in de meeste plantaardige en dierlijke eiwitten. Het is het hoogst in aardappel- en erwteneiwitten, sojameel en luzerne. Het komt weinig voor in granen zoals tarwe en haver. 

Deficiëntie: 

Wanneer er lage niveaus van threonine in het dieet zijn, wordt het grootste deel van dit aminozuur gebruikt voor het maken van mucinen in de darm. Dit veroorzaakt lage niveaus van threonine in andere weefsels, wat zich zou kunnen manifesteren als lage energieniveaus en verlies van spiermassa.

Overmaat: 

Er zijn geen specifieke gevolgen van overmatige inname van threonine gemeld bij paarden.

 

METHIONINE

Methionine is een zwavelhoudend aminozuur dat kan worden omgezet in het niet-essentiële aminozuur cysteïne. Het wordt ook gebruikt om verschillende verbindingen te maken die belangrijke biologische functies in het lichaam hebben.

Functie: 

- Cysteïne, afgeleid van methionine, is belangrijk voor het maken van keratine-eiwitten die in grote hoeveelheden voorkomen in hoeven en haren. De zwavel in cysteïnemoleculen vormt bindingen die helpen om hoeven en haren een sterke structuur te geven.

- Wordt omgezet in s-adenosylmethionine (SAM), een methyldonor die betrokken is bij het reguleren van genexpressie en eiwitfunctie.

- Wordt omgezet in adenosine, het belangrijkste bestanddeel van adenosinetrifosfaat (ATP), de belangrijkste energievaluta van de cel.

- Wordt gebruikt om taurine te maken, een aminozuur dat niet wordt gebruikt voor het synthetiseren van eiwitten, maar dat cellen van het zenuwstelsel ondersteunt.

- Is belangrijk voor het maken van fosfatidylcholine, een fosfolipide dat voorkomt in celmembranen.

Bronnen: 

Methionine zit vooral in dierlijke eiwitten, sojameel, en luzerne-eiwitl. In granen en grassen zit weinig methionine. DL-methionine kan worden gegeven als supplement met één ingrediënt, of in combinatie met met lysine en threonine.

Tekort: 

Lage niveaus van methionine in de voeding kunnen bijdragen aan een ruwe vacht en zwakke hoeven, omdat een tekort zal resulteren in een laag zwavelgehalte.

Overmaat:

Er zijn geen specifieke gevolgen van overmatige inname van methionine gemeld bij paarden. 

 

TRYPTOFAAN

Tryptofaan wordt vaak op de markt gebracht als supplement voor paarden dat een kalmerend effect heeft op nerveuze paarden. 

Functie: 

- Vereist om de neurotransmitter serotonine in de hersenen aan te maken die wordt geassocieerd met eetlustregulatie, verminderde angst, agressie en angst.

- Vereist om het hormoon melatonine te synthetiseren, dat essentieel is voor het inslapen bij paarden en andere dieren.

Gebruikt om vitamine B3 (niacine) in de lever aan te maken, wat belangrijk is voor de bloedsomloop, het metabolisme van voedingsstoffen, de gezondheid van de huid en vele andere biologische functies.

- Omgezet in kynurenine, een pro-inflammatoire verbinding die wordt gegenereerd als reactie op oxidatieve stress.

- Helpt eiwitten zoals hormoonreceptoren te "verankeren" in het celmembraan, zodat ze in de juiste positie kunnen blijven zodat cellen op de juiste manier op hormonen kunnen reageren.

Bronnen: 

Sojabonen, haver, zonnebloempitten, spirulina, dierlijke eiwitten.

Deficiëntie: 

Tryptofaandeficiëntie kan verband houden met stemmingswisselingen, waaronder prikkelbaarheid.

Overmaat:

In experimentele studies werden hoge doses tryptofaan geassocieerd met een lager uithoudingsvermogen bij duurtraining. Te veel tryptofaan wordt ook in verband gebracht met hemolytische anemie en ademnood bij paarden en pony's. Het is echter onwaarschijnlijk dat deze bijwerkingen optreden bij tryptofaanspiegels die vaak worden aangetroffen in diervoeding.

 

LEUCINE

Leucine is een van de drie aminozuren met vertakte keten (BCAA's), samen met isoleucine en valine. In humane voeding worden BCAA's vaak gebruikt voor spieropbouw. Vergelijkbaar met hun rol in de menselijke fysiologie, zijn leucine en lysine de meest voorkomende aminozuren in de spieren van het paard.

Sportpaarden kunnen baat hebben bij 10 gram L-leucine samen met een suikerbron na het sporten om te helpen bij het herstel van de inspanning en het opnieuw opbouwen van glycogeenvoorraden. Dit wordt vooral aanbevolen voor paarden met een slechte bovenlijn en frequente, heftige spierpijn. Selenium, vitamine E en magnesium zijn ook essentieel voor een goede spierfunctie.

Functie: 

- Hoog geconcentreerd in de skeletspieren, waar het kan worden gebruikt om nieuwe eiwitten te maken of kan worden verbrand als energiebron.

- Activeert het enzym mTOR dat de eiwitsynthese stimuleert en helpt bij de opbouw en het herstel van spierweefsel.

- Leucine zelf is niet gluconeogeen, maar het kan worden omgezet in het aminozuur alanine dat kan worden gebruikt om glucose in de lever te maken.

- Betrokken bij de aanmaak van hemoglobine – een eiwit dat voorkomt in rode bloedcellen en dat zuurstof bindt om het af te leveren aan verschillende weefsels van het lichaam, waaronder de spieren.

- Maakt deel uit van enkepalines, dit zijn opioïde-achtige verbindingen die de perceptie van pijn kunnen verminderen.

- Helpt de bloedglucosewaarden tijdens het sporten op peil te houden om het uithoudingsvermogen van de spieren te ondersteunen. 

- Stimuleert de insulinesecretie na het sporten, wat kan helpen bij het herstellen van de spierglycogeenspiegels die tijdens het sporten zijn uitgeput.

- Wordt omgezet in HMG-coA (B-Hydroxy B-methylglutaryl-CoA) – een voorloper van cholesterol die belangrijk is voor het behoud van gezonde celmembranen. HMG-coA vormt ook ketonlichamen die kunnen worden afgebroken voor energie.

Bronnen: 

Leucine komt veel voor in paardenvoer. Sojabonen, hennep, haver en maïs zijn goede bronnen van leucine.

Tekort: 

Een tekort aan aminozuren met vertakte keten (leucine, isoleucine, valine) kan de inspanningscapaciteit beperken en leiden tot vroege vermoeidheid tijdens inspanning.

Overmaat: 

Overtollige leucine kan de productie van niacine (vitamine B3) in de lever verstoren.

 

ISOLEUCINE

Isoleucine is een aminozuur met vertakte keten, evenals valine en leucine. Deze worden vaak beschouwd als "spieropbouwende" aminozuren omdat ze de eiwitsynthese in spieren kunnen stimuleren, wat spiergroei en weefselherstel bevordert.

Functie: 

- Kan worden omgezet in propionyl-CoA dat kan worden gebruikt om glucose te maken voor energie.

- Kan worden omgezet in acetyl-CoA dat de Kreb-cyclus binnengaat en ATP genereert, de belangrijkste energiebron voor cellen. - - -- - Acetyl-CoA kan ook ketonlichamen vormen die kunnen worden gebruikt voor energie, daarom wordt isoleucine als "ketogeen" beschouwd.

Bronnen: 

Rijkelijk aanwezig in peulvruchten, waaronder sojabonen en luzerne.

Deficiëntie:

Er zijn geen specifieke symptomen gerelateerd aan isoleucinedeficiëntie gemeld bij paarden.

Overmaat:

Er zijn geen problemen gemeld die verband houden met te veel isoleucine bij paarden.

 

VALINE

Valine is een aminozuur met vertakte keten, samen met isoleucine en leucine.

Functie: 

- Is nodig voor spiercoördinatie en juiste spiercontractie.

- Het kan worden afgebroken voor energie in alle cellen van het lichaam. Het wordt omgezet in succinyl-CoA dat de Kreb-cyclus binnengaat om adenosinetrifosfaat (ATP) te genereren.

- Valine is een "glucogeen" aminozuur, wat betekent dat het kan worden gebruikt om glucose te maken dat onmiddellijk kan worden gebruikt voor energie of kan worden opgeslagen als glycogeen om later te worden verbrand voor energie.

Bronnen: 

Peulvruchten zoals sojabonen en luzerne zijn rijk aan valine. Het komt ook voor in haver.

Deficiëntie: 

Er zijn geen specifieke problemen als gevolg van valinedeficiëntie gemeld bij paarden. Bij andere dieren kan ernstige valinedeficiëntie neurologische symptomen veroorzaken, zoals een slechte coördinatie.

Overmaat: 

Er zijn geen specifieke problemen als gevolg van overmatige inname van valine gemeld bij paarden.

 

HISTIDINE

Histidine wordt opgenomen in verschillende eiwitten in het lichaam. Het wordt ook omgezet in andere verbindingen die een belangrijke fysiologische rol spelen, met name histamine, dat belangrijk is voor het immuunsysteem, en carnosine – een mogelijke neurotransmitter en zuurbufferende molecule in spieren.

Functie: 

- Histidine wordt omgezet in histamine, dat verschillende belangrijke functies in het lichaam heeft:

- Het wordt vrijgegeven uit cellen van het immuunsysteem, mestcellen genaamd, om infecties te bestrijden.

- Histamine-afgifte door immuuncellen zorgt ervoor dat bloedvaten in het gebied uitzetten (vasodilatatie), wat helpt om andere immuuncellen naar het gebied te brengen.

- Histamine-afgifte tijdens allergische reacties veroorzaakt jeuk, niezen en zwelling. Antihistaminica kunnen worden gebruikt om deze symptomen bij paarden te behandelen.

- Het is een neurotransmitter in de hersenen waar het betrokken is bij het reguleren van slaap/waakcycli, geheugen en leren, angst, beweging, eten en drinken, en het vrijkomen van hormonen.

- Histamine stimuleert de maagzuursecretie door pariëtale cellen in de maag. Ranitidine is een histamine-H2-receptorantagonist die is gebruikt om maagzweren bij paarden te behandelen door de effecten van histamine te blokkeren.

- Is betrokken bij seksuele opwinding bij mannen. Bij hengsten beïnvloedt het de samentrekking van bloedvaten in erectiel weefsel.

- Histamine heeft een negatieve invloed op de beschermende laag rond de zenuwen, myeline genaamd. Antihistaminica zijn onderzocht als een behandeling voor multiple sclerose. Of dit relevant is voor paarden is niet bekend.

- Histidine wordt ook gebruikt om carnosine te maken, een dipeptide van beta-alanine en histidine. Carnosine wordt voornamelijk aangetroffen in spieren en hersenen, waar het werkt als een antioxidant die cellen kan beschermen tegen oxidatieve schade.

- In de hersenen kan het werken als een neurotransmitter en kan het beschermen tegen cognitieve stoornissen die verband houden met veroudering. In spieren fungeert het als een buffer om zuren die tijdens het sporten zijn ontstaan te neutraliseren en het uithoudingsvermogen van de training te verbeteren. 

Bronnen: 

Hoge concentratie histidine zit in Luzerne- en soja-eiwitten, en katoenzaadmeel.

Deficiëntie: 

Er zijn geen specifieke problemen als gevolg van histidinedeficiëntie gemeld bij paarden.

Overmaat: 

Er zijn geen specifieke problemen als gevolg van histidine-overmaat gemeld bij paarden. Overmatige suppletie bij knaagdieren kan de voedselopname verminderen, wat leidt tot gewichtsverlies en een slechte groei. Het kan ook leiden tot een hoog cholesterolgehalte.

 

FENYLALANINE

Fenylalanine is het op twee na meest voorkomende aminozuur in paardenvoer. Het wordt in hoge concentraties aangetroffen in de meeste voedergewassen en granen.

Functie: 

- Fenylalanine wordt omgezet in het niet-essentiële aminozuur tyrosine dat wordt gebruikt om de neurotransmitter dopamine te maken. Dopamine is belangrijk voor het signaleren van beloningen en plezier in de hersenen, controle over beweging, focus en uitvoerende functies. Veranderingen in hoe dopamine werkt in belonings- en motivatiecentra van de hersenen worden in verband gebracht met stereotiep gedrag bij paarden, waaronder kribbebijten, weven en boxwalking.

- Fenylalanine wordt omgezet epinefrine en norepinefrine, ook wel adrenaline en noradrenaline genoemd. Epinefrine is een hormoon dat door de bijnieren wordt afgegeven als reactie op stress. Noradrenaline is een neurotransmitter die door de hersenen wordt geproduceerd om het sympathische zenuwstelsel te activeren. Dit zijn belangrijke factoren in de vecht-of-vlucht-stressreactie die de hartslag, ademhaling en bloedsuikers verhoogt. Bij paarden kunnen chronische ziekten, hoefbevangenheid en buikpijn ook de niveaus van deze hormonen verhogen en een stressreactie veroorzaken. 

- Fenylalanine verlicht pijn door afbraak van endorfines in het zenuwstelsel te voorkomen. Fenylalanine wordt soms opgenomen in supplementen voor de gezondheid van gewrichten voor paarden om de pijn die gepaard gaat met artritis en andere gewrichtsproblemen te verminderen. 

Bronnen: 

Fenylalanine is overvloedig aanwezig in het dieet van het paard. Het komt veel voor in sojameel, luzerne, erwten en aardappeleiwitten.

Deficiëntie: 

Er zijn geen specifieke problemen als gevolg van fenylalaninedeficiëntie gemeld bij paarden.

Overmaat: 

In overmatige hoeveelheden kan dit aminozuur de serotonineproductie in de hersenen verstoren, omdat het dezelfde drager gebruikt als tryptofaan om de bloed-hersenbarrière te passeren. Als fenylalanine erg hoog in het bloed zit, kan het belemmeren dat tryptofaan de hersenen bereikt om serotonine te maken. Het is echter onwaarschijnlijk dat dit een probleem zal zijn met de normale doseringen in paardenvoer.

 

ARGININE

Sommige bronnen classificeren arginine als een voorwaardelijk essentieel aminozuur voor paarden vanwege zijn rol bij het ondersteunen van het immuunsysteem. Een tekort aan arginine kan het immuunsysteem aantasten en ervoor zorgen dat ziekte langer aanhoudt dan anders het geval zou zijn. Om deze reden wordt arginine als voorwaardelijk essentieel beschouwd in tijden van ziekte. Andere bronnen suggereren echter dat arginine altijd als een essentieel aminozuur voor paarden moet worden beschouwd.

Functie: 

- Gebruikt om stikstofmonoxide te maken dat de bloedvaten verwijdt (vasodilatatie) om de bloedstroom te verbeteren. Suppletie met L-arginine kan het trainen van paarden ten goede komen door de bloedtoevoer naar de longen en spieren te verhogen.

- Ondersteunt de reproductieve gezondheid door de bloedtoevoer naar de baarmoeder te verbeteren. Suppletie met L-arginine bij drachtige en postpartum merries verlaagde de baarmoedervloeistofniveaus, wat de bevruchtingspercentages voor een volgende dracht zou kunnen verbeteren.

- Ondersteunt immuuncellen, vooral T-cellen die belangrijk zijn voor de bescherming tegen virussen, bacteriën en kankercellen.

- Wordt gebruikt om creatine te maken, samen met metabolieten van de aminozuren glycine en methionine. Creatine wordt beschouwd als een energieverhogende verbinding omdat het betrokken is bij het regenereren van ATP, de belangrijkste energievaluta van de cel.

Bronnen: 

Rijkelijk aanwezig in sojameel en lijnzaadmeel. Arginine alfa-ketoglutaraat (AAKG) wordt soms gebruikt als supplement om arginine aan de voeding toe te voegen.

Deficiëntie: 

Tijdens perioden van infectie of ziekte kan een argininedeficiëntie de immuunrespons aantasten en de ziekteduur verlengen.

Overmaat: 

Teveel arginine kan de opname en het gebruik van lysine door cellen beïnvloeden. Dit kan de symptomen van eiwittekort verergeren door de beschikbaarheid van lysine in het lichaam te verminderen, wat meestal al het aminozuur met de meeste tekorten is in paardenvoeding.

 

Voorwaardelijk essentiële aminozuren

De resterende 11 aminozuren worden als niet-essentieel beschouwd omdat ze in het lichaam kunnen worden aangemaakt en niet in het rantsoen aanwezig hoeven zijn. Een tekort is over het algemeen niet zozeer een probleem met deze aminozuren, omdat ze endogeen kunnen worden gemaakt.

Sommige aminozuren worden als "voorwaardelijk essentieel" beschouwd omdat de endogene productie onder bepaalde omstandigheden niet aan de eisen voldoet.

Tijdens periodes van grote vraag, waaronder snelle groei, stress of zware werkbelasting, kunnen de volgende aminozuren essentieel worden voor paarden:

  • Cysteïne
  • Glutamine
  • Glycine
  • Proline
  • Serine
  • Tyrosine

Cysteïne wordt gesynthetiseerd uit methionine en serine. Wanneer het rantsoen weinig methionine bevat, is er mogelijk niet genoeg voor een adequate cysteïnesynthese. Dit kan de synthese van keratine-eiwitten in de hoeven verstoren, wat na verloop van tijd kan leiden tot bijvoorbeeld zwakke, broze hoeven.

Glutamine en serine zijn voorwaardelijk essentieel onder intensieve trainingsomstandigheden omdat ze verloren gaan in het zweet en dan sneller worden afgebroken dan ze worden gesynthetiseerd. Tijdens de inspannings- en herstelperiode worden ze tijdelijk voorwaardelijk en moeten ze door de voeding worden geleverd om aan de behoeften te voldoen. 

Glycine en proline zijn voorwaardelijk essentieel tijdens perioden van snelle groei. Het collageen-eiwit dat overvloedig aanwezig is in gewrichtskraakbeen, bevat veel glycine, proline en lysine. Tijdens de groei overtreft de hoge snelheid van collageensynthese de endogene toevoer van glycine en proline, daarom moeten ze voldoende aanwezig zijn in het rantsoen van jonge paarden.

Tyrosine wordt gemaakt van het essentiële aminozuur fenylalanine. Tyrosine wordt gebruikt om neurotransmitters en de stresshormonen epinefrine (adrenaline) en norepinefrine (noradrenaline) te maken. Langdurige stress die de aanhoudende productie van deze hormonen veroorzaakt, kan de tyrosinespiegels uitputten, waardoor het voorwaardelijk essentieel wordt.

 

Niet-essentiële aminozuren

De resterende aminozuren worden bij alle zoogdieren altijd als niet-essentieel beschouwd:

  • Alanine
  • Asparagine
  • Asparaginezuur (Aspartaat)
  • Glutaminezuur (Glutamaat)
  • Selenocysteïne

Voor deze aminozuren zijn de endogene toevoer en de voedingsniveaus voldoende om te voldoen aan de behoefte aan eiwitsynthese, zelfs tijdens periodes van grote vraag.

Hoewel deze niet-essentieel zijn, hebben ze enkele interessante kenmerken in de paardenfysiologie die het vermelden waard zijn.

 

ALANINE

Alanine maakt deel uit van de glucose-alaninecyclus (Cahill-cyclus) die belangrijk is voor het leveren van energie aan de trainende spier. In spieren is glucose een belangrijke energiebron tijdens inspanning. Wanneer glucose wordt afgebroken voor energie, wordt lactaat en alanine geproduceerd. Deze reizen naar de lever en worden opnieuw gevormd tot glucose die terug naar de spier kan reizen om energie te leveren.

Beta-alanine is een natuurlijk voorkomend aminozuur dat verschilt van alanine. Het wordt niet in eiwitten verwerkt. In plaats daarvan wordt het gebruikt om carnosine te maken, een dipeptide van bèta-alanine en histidine. Carnosine is een antioxidant die in hoge concentraties in spieren wordt aangetroffen. Het kan tijdens het sporten geproduceerd melkzuur bufferen en het uithoudingsvermogen van de training ondersteunen.

 

ASPARAGINE

Asparagine kan worden gemaakt van andere aminozuren, namelijk glutamaat, glutamine en aspartaat. Bij paarden met hoefbevangenheid werden veranderingen in het darmmicrobioom in verband gebracht met een verhoogde asparagineconcentratie in de dikke darm, maar het valt nog te bezien welke rol asparagine eventueel speelt bij hoefbevangenheid.

 

ASPARTAINEZUUR (ASPARTAAT)

Aspartaat en alfa-ketoglutaraat kunnen worden omgezet in oxaloacetaat en glutamaat door het enzym aspartaataminotransferase (AST). AST komt vooral voor in de lever en spieren. Het wordt vaak gemeten in bloedtesten als een indicator van leverschade. Wanneer levercellen beschadigd zijn, geven ze AST vrij in de bloedbaan, wat leidt tot verhoogde niveaus in de test. Bij paarden kunnen hoge AST-spiegels wijzen op acute leverschade als gevolg van infecties die verband houden met darmproblemen, zoals enteritis. Het kan ook wijzen op chronische leverschade als gevolg van een hoge ijzerinname.

Hoge niveaus van AST kunnen ook wijzen op spierbeschadiging als gevolg van spierbevangenheid of rhabdomyolyse door inspanning. Het kan ook paarden identificeren die rabdomyolyse ervaren zonder klinische symptomen zoals spierstijfheid en pijn te vertonen. 

 

GLUTAMINEZUUR (GLUTAMAAT)

Glutamaat lijkt qua structuur sterk op het aminozuur glutamine. Het is een belangrijke prikkelende neurotransmitter, een chemische stof die zenuwen gebruiken om signalen naar elkaar te sturen. Het wordt aangetroffen in meer dan 90% van de verbindingen (synapsen) tussen zenuwen. Het enzym glutamaat dehydrogenase (GLDH) wordt aangetroffen in de lever. Net als AST wordt het gemeten in bloedtesten en hoge niveaus duiden op mogelijke leverschade.

 

SELENOCYSTEINE

Selenocysteïne is een vorm van cysteïne die selenium bevat in plaats van zwavel. Het is belangrijk voor het maken van verschillende "selenoproteïnen". Selenoproteïnen omvatten de antioxidant-enzymen glutathionperoxidase en thioredoxine-reductase. Het selenoproteïne joodthyronine 5-deiodinase is belangrijk voor de aanmaak van het schildklierhormoon T3 dat in het bloed circuleert. Het zet het schildklierhormoon T4 om in T3 door een jodiumatoom uit T4 te verwijderen.

 

 

Eiwitbronnen voor paarden

De beste eiwitbronnen hebben de 10 essentiële aminozuren in verhoudingen die dicht bij de aanbevolen verhoudingen liggen. Praktische overwegingen zoals smakelijkheid, kosten, consistentie van het product en beschikbaarheid zijn ook belangrijke factoren waarmee rekening moet worden gehouden bij het kiezen van een eiwitbron.

 

LUZERNE

Luzerne is voedzaam ruwvoer dat regelmatig aan paarden wordt gevoerd. Het is een goede bron van vezels, eiwitten en verteerbare energie en heeft een laag gehalte aan niet-structurele koolhydraten (NSC), waaronder suiker en zetmeel. Luzerne is een goede keuze voor paarden met een hoge werkdruk of snel metabolisme.

Eiwitgehalte: Samengesteld uit 17 - 25% ruw eiwit (op basis van droge stof).

Aminozuursamenstelling: Relatief lage gehaltes aan lysine, threonine en methionine.

Voor- en nadelen: Luzerne is een gemakkelijk verkrijgbaar, voedzaam voer dat de gezondheid van de maag kan ondersteunen door de maag langer vol te houden en calcium te leveren als buffer voor maagzuur. Hoge niveaus luzerne in het dieet kunnen echter te veel calorieën leveren aan licht werkende paarden en bijdragen aan obesitas, EMS en insulineresistentie.

Sommige paarden zijn gevoelig voor eiwitten in luzerne en kunnen een allergische reactie krijgen. Symptomen van luzerne-intolerantie kunnen jeuk, prikkelbaarheid, prikkelbaar gedrag, gewichtsverlies, veranderingen in huid- of hoefkwaliteit, diarree en andere spijsverteringsklachten zijn.

 

SOJA

Sojaproducten wordt vaak toegevoegd aan het voer van paarden omdat het gemakkelijk verkrijgbaar is en een hoog gehalte aan essentiële aminozuren bevat. Rauwe sojabonen mogen niet aan paarden worden gevoerd omdat ze antinutritieve factoren bevatten. Deze eiwitten worden grotendeels vernietigd tijdens het verwerkingsproces, waardoor bijvoorbeeld sojameel overblijft als een gezond bijproduct.

Eiwitgehalte: 44-48% ruw eiwit.

Aminozuursamenstelling: Rijk aan lysine (tot 30 g/kg), threonine (tot 15 g/kg) en arginine (tot 39 g/kg). Relatief lage methioninegehalten (tot 4g/kg).

Voor- en nadelen: Sojabonenmeel kan gemakkelijk voldoen aan de lysinebehoefte van het paard. Anekdotische rapporten suggereren dat sommige paarden allergieën kunnen ontwikkelen voor soja-eiwitten, maar daar is nog geen duidelijk, wetenschappelijk bewijs voor.

 

LIJNZAAD

Lijnzaad is een goede energiebron voor paarden en levert alfa-linolzuur (ALA) – een belangrijk omega-3-vetzuur. Het is ook een goede eiwitbron, maar bevat minder lysine dan bijvoorbeeld sojameel.

Eiwitgehalte: 26% ruw eiwit, op basis van droge stof.

Aminozuursamenstelling: Lysine (10g/kg), threonine (8g/kg), methionine (4g/kg). Rijk aan arginine (21g/kg).

Voor- en nadelen: Kosteneffectief, makkelijk beschikbaar voedermiddel dat zorgt voor een goede balans van vetten, aminozuren en mineralen. 

 

SPIRULINA

Spirulina is gedroogde blauwgroene alg die wordt gebruikt als supplement voor paarden, onder andere ter ondersteuning van het immuunsysteem en de spieropbouw. Het wordt doorgaans niet gebruikt als primaire eiwitbron omdat de aanbevolen dosering te klein is om significant bij te dragen aan het voldoen aan de eiwitbehoefte, maar het is wel een goede bron van aminozuren, vitaminen en mineralen.

Eiwitgehalte: Ongeveer 52% ruw eiwit (op basis van droge stof).

Aminozuursamenstelling: Compleet eiwit dat alle essentiële aminozuren levert maar weinig lysine bevat.

Voor- en nadelen: Spirulina wordt beschouwd als een "superfood" voor paarden omdat het alle essentiële aminozuren bevat, evenals vitamines en mineralen die antioxiderende en ontstekingsremmende voordelen bieden. Sommige paarden aarzelen in het begin wanneer spirulina door de voer wordt gemengd, vanwege de unieke geur. Spirulina kan veel ijzer bevatten, waarmee rekening moet worden gehouden bij het voeren van paarden met EMS of Cushing's/PPID.

 

WEI-EIWITCONCENTRAAT

Wei is een zuiveleiwit dat een bijproduct is dat overblijft na de kaasproductie. Het bevat veel leucine en kan worden gebruikt om de spiereiwitsynthese te stimuleren. Wei-eiwitconcentraat wordt vaker gebruikt in diervoeders dan wei-eiwitisolaat omdat het goedkoper is.

Eiwitgehalte: 80% op basis van droge stof.

Aminozuursamenstelling: Compleet eiwit dat alle essentiële aminozuren bevat. Bijzonder veel vertakte aminozuren: leucine (11% van het ruwe eiwit), isoleucine (6% van het ruwe eiwit) en valine (6% van het ruwe eiwit).

Voor- en nadelen: Wei-eiwit wordt veel gebruikt in veulenvoeders en melksupplementen. Het is ook een goede eiwitbron voor volwassen paarden. Afhankelijk van de bron kan wei-eiwitconcentraat een hoog gehalte aan lactose bevatten, wat de darmgezondheid kan beïnvloeden.

 

Gerelateerde producten: Equi-Xcel Muscle Max, Power Pellets, Spirulina, WeightAid

 

Muscle Max
vanaf € 34,95
Spirulina
€ 54,95
Weight Aid
€ 69,95